Lichte overtredingen
Lichte overtredingen worden bestraft met een vrije worp. Deze kan de speler gebruiken om de bal af te spelen op een van zijn medespelers of om zelf mee te gaan zwemmen. De vrije worp mag meteen op het doel geschoten worden als de overtreding buiten de vijfmeter-zone is begaan. Als dat niet het geval is, dan dient de bal via een medespeler te gaan.
Zware overtredingen
Zware overtredingen zoals iemand vasthouden tijdens het zwemmen worden bestraft met een U20. Bij een U20 moet de bestrafte speler naar de hoek zwemmen (aangegeven met rode lijn) bij de eigen doellijn tegenover de tafel van het wedstrijdsecretariaat (waar de score en tijd worden bijgehouden), en moet daar 20 seconden blijven liggen tot de tafel een vlag met de kleur van de cap omhoog houdt, tenzij in die tijd de bal in bezit komt van de eigen partij. Dan mag de bestrafte speler weer de hoek verlaten op teken van de scheidsrechter. Wanneer hij nog niet in de hoek ligt, moet hij daar echter alsnog eerst naartoe zwemmen. Bij het verlaten van de hoek moet men verplicht bij de rode markering in het veld terugkomen en mag men de lijn niet opheffen, maar moet er onderdoor zwemmen.
Het weggooien van een bal nadat er gefloten is voor een overtreding wordt ook bestraft met een U20. In tegenstelling tot sommige andere sporten wordt het bij waterpolo over het algemeen niet getolereerd dat een speler commentaar heeft op de leiding. De speler kan in dit geval met een UMV (uitsluiting met vervanging) uit het veld gestuurd worden.
Wanneer een zware overtreding binnen de vijfmeter-zone (strook van vijf meter vanaf de doellijn van de partij die in dat gebied verdedigt) plaatsvindt met een kans om te scoren, kent de scheidsrechter een vijfmeter-bal toe. Dit is vergelijkbaar met een penalty bij voetbal. Wanneer een speler meedoet met het spel terwijl deze niet mee mag doen, bijvoorbeeld als hij niet helemaal in de hoek is gaan liggen bij een U20, wordt er ook een vijf-meterbal toegekend (een strafworp, vanaf vijf meter met alleen de doelverdediger op de doellijn).
Indien een speler driemaal wordt uitgesloten voor 20 seconden, dan mag hij/zij niet meer deelnemen aan het spel. Een medespeler mag zijn/haar plaats innemen.
Zeer zware overtredingen
Zeer zware overtredingen worden bestraft met een UMV of UMV4 (brutaliteit). UMV staat voor Uitsluiting Met Vervanging, waar de toevoeging “4” staat voor “4 minuten”. Een medespeler mag na verstrijken van de straftijd de plaats innemen van de bestrafte speler. De bestrafte speler zelf mag niet meer deelnemen aan het spel en moet de zwemhal of het zwemterrein verlaten. Ook plaatsnemen in het publiek is de uitgesloten speler niet toegestaan.
Een UMV wordt gegeven in geval het spel niet tolereerbaar is. De straf wordt bijvoorbeeld gegeven voor onbesuisd spel of het beledigen van de scheidsrechter of andere official. De duur van uitsluiting is 20 seconden netto speeltijd, waarna een ploeggenoot de speler mag vervangen.
Wanneer een speler zich schuldig maakt aan een zeer zware overtreding, bijvoorbeeld het maken van een slaande beweging, kan hij een UMV4 krijgen. De ploeg in kwestie speelt dan 4 minuten met een speler minder in het veld. Na het verstrijken van 4 minuten netto speeltijd mag een vervangende speler zijn plaats innemen. Bij een brutaliteit zoals slaan volgt er ook altijd een vijfmeter-bal voor de andere ploeg ook al gebeurt de fout niet op eigen speelhelft.
Van iedere UMV of UMV4 moet een rapport worden opgemaakt, waarna een tuchtcommissie uitspraak doet over de strafmaat. De standaardstraf is een schorsing voor twee wedstrijden.